Dit is de meest gestelde vraag in ons gezin. “Eten we nu al weer snijbonen!” zei mijn zoon vanavond. “Ja, we eten weer snijbonen. Niets mis mee toch?” “Maar gisteren aten we ook al snijbonen”, argumenteerde hij. “Dat klopt”, zei ik, “maar toen was het een ander gerecht.” “Ik heb genoeg van de snijbonen, we eten altijd hetzelfde”, klaagde hij.
Nu is dat wat kort door de bocht, want we eten heust niet iedere dag snijbonen, maar soms is eten uit de moestuin niet altijd even makkelijk. De oogst komt in golven. Als iets klaar is om geoogst te worden dan is het ook ineens veel. Dat herinner ik mij al van vroeger toen mijn grootvader een moestuin had. Dan kregen wij een zak sperziebonen en aten we een hele week sperziebonen.
Toch biedt onze moestuin veel meer dan alleen snijbonen dus eten we ook geregeld andere groenten. En van kinds af aan vinden ze snijbonen al lekker, dus het is niet de weerzin tegen snijbonen maar tegen de frequentie. Toch proberen we er iedere keer weer een ander gerecht van te maken. De ene dag gewoon met aardappelen en vis of vega, de andere dag als bijgerecht bij Indonesisch en de volgende dagen in een omelet of een pastasaus.
Nu zijn het snijbonen, vorige maand de peultjes en de spitskolen, de maand daarvoor bakken met sla en de volgende maand komen de pompoenen al weer los. Tussendoor hebben we nog snijbiet, rode biet, tomaten, courgettes, uien en aardappelen die we per keer uit de tuin halen. De paprika’s en de aubergines doen het dit jaar niet zo goed. Voordat we ze kunnen oogsten hebben de slakken ze al uitgehold. Volgend jaar weer een kans.
De kinderen zijn niet altijd even tolerant als het om eten uit de tuin gaat. Soms ergert het mij, maar meestal negeer ik het met de gedachte dat het pubers zijn die graag willen provoceren. En ik weet zeker dat ze later nog vaak zullen terugdenken aan het eten uit eigen tuin. Misschien beginnen ze dan zelf wel een moestuin. 🙂