De erfenis van Sicco Mansholt – Dag 346

Laatst las ik het fascinerende verhaal van Sicco Mansholt (1908 – 1995) en wat hij allemaal voor de Nederlandse en de Europese Landbouw heeft gedaan. Mansholt werd als boer en actief in het verzet minister van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening in het eerste naoorlogse Nederlandse kabinet. Zijn eerste activiteit was het herstellen van de voedselvoorziening met als motto: Nooit meer honger. Nadat dit was gerealiseerd ging hij aan de slag met het moderniseren van de landbouw.

Sicco Mansholt1Omdat de inkomens in de agrarische sector achterbleven vond hij dat het tijd werd voor mechanisatie en schaalvergroting. Met behulp van ruilverkaveling werd de kleinschalige landbouw op het platteland heringericht en ontstonden grotere bedrijven geschikt voor machinale landbouwproductie. Mansholt was daarmee de grondlegger van de monocultuur met desastreuze gevolgen voor de biodiversiteit en het milieu.

In 1958 werd hij de eerste Europese commissaris voor Landbouw en werd zijn landbouwpolitiek, voorzien van landbouwsubsidies, uitgerold over heel Europa. Met groot succes. Begin jaren ’70 leidde zijn beleid zelfs tot overschotten, de befaamde boterberg. Waarna de overschotten massaal werden gedumpt in de derdewereldlanden. In plaats van goedbedoelde hulp ontstond afhankelijkheid en armoede onder de lokale bevolking.

Sicco Mansholt (foto Rob Mieremet)

Sicco Mansholt (foto Rob Mieremet)

Tijdens zijn laatste jaren in het Europees Parlement kreeg Mansholt een relatie met de Duitse politica Petra Kelly, de latere oprichter van Die Grünen, en werd hij gegrepen door de boodschap van de Club van Rome dat er grenzen zijn aan de groei. Hierdoor kreeg hij wroeging over zijn gevoerde beleid en probeerde hij landbouwsubsidies en de schaalvergroting terug te draaien, echter zonder resultaat. Mede door zijn beleid zijn de meeste boeren afhankelijk geworden van de subsidies uit Brussel. Tot aan zijn dood was Mansholt een radicale natuur- en milieulobbyist.

Een fascinerend levensverhaal waarbij iemand vanuit de ene invalshoek naar het andere uiterste beweegt. Hij maakte een ommezwaai van humanist en boer tot inrichter van het kapitalistische systeem, om vervolgens tot inkeer te komen en te eindigen als natuur- en milieu voorvechter.

In 2014 werd er een tentoonstelling en een theaterstuk over zijn leven gemaakt.

 

De gelukkige consument – Dag 235

Sinds in 1972 de Club van Rome het rapport “Grenzen aan de groei” uitbracht waarin werd gewaarschuwd dat de groei van onze consumptie gevolgen zou hebben voor het milieu, is heel langzaam het bewustzijn ontstaan dat we iets moesten veranderen aan onze levensstijl. Niet zozeer de groeiende vervuiling van onze leefomgeving maar vooral het dreigend tekort aan de onuitputtelijk lijkende voorraad grondstoffen heeft ons uiteindelijk tot actie aangezet. Immers geen grondstoffen, geen productie en dus ook geen consumptie en dus geen winsten voor de ondernemers.

ShoppenVanaf die tijd is het laveren op het wankele pad van produceren en consumeren waarbij we toch onze welvaart konden vergroten in een wereld van explosieve bevolkingsgroei en de druk om de dreigende klimaatverandering en milieuvervuiling in toom te houden. Voeg daarbij de resultaten van diverse onderzoeken waarin de ongelijkheid in de wereld groeit en de armste steeds armer worden en de rijken steeds rijker en de uitdaging is compleet. En als we ons dan ook nog realiseren dat de hoeveelheid banen alleen maar afneemt omdat robots ons werk overnemen, dan kunnen we ons alleen nog maar afvragen of er in de toekomst überhaupt nog wel wat te consumeren valt.

Hangt ons geluk af van onze consumptie dan ziet het er slecht voor ons uit. Maar als we een nieuwe balans weten te vinden tussen gelukkig zijn met wat we hebben en consumeren wat we nodig hebben en daar tevreden mee zijn dan kan de boodschap van de Club van Rome binnen 50 jaar succesvol bereikt zijn.

Denk je nu dat dit een onmogelijke opgave is dan is er goed nieuws. De Amerikaanse professor psychologie Miriam Tatzel deed onderzoek naar de oorzaken van het geluksgevoel van mensen. Zij stelt dat wanneer mensen realistische doelen stellen en minder kijken naar wat anderen hebben, zij minder materialistisch zijn en meer tevreden met hun bestaande situatie. Materialisme is niet alleen slecht voor het milieu maar ook voor het geluk van de consument. Zij constateerde ook dat zuinige mensen gelukkiger zijn. Het blijkt dus dat het geluk van consumenten niet afhangt van hun consumptiegedrag en dat lijkt mij goed nieuws.

 

Wat is duurzaamheid? – Dag 40

Duurzaamheid is een lastig begrip. Vroeger betekende duurzaam “iets wat lang meegaat”. Maar door de economische principes, ontstaan in de jaren ’90, moet een product juist niet lang mee gaan. Door marketing wordt ons wijs gemaakt dat we het nieuwste van het nieuwste moeten hebben, anders tellen we niet mee. Dus worden we aangezet tot nieuwe aankopen terwijl datgene wat we al bezitten nog best functioneert en nog wel jaren meekan. Maar ja dat is vaak niet hip!

Onze consumptiemaatschappij is ver weg geraakt van duurzaamheid. Daar werd al op gewezen in 1972 door de Club van Rome die met een rapport kwam waarin gewaarschuwd werd dat langdurige consumptiegroei nadelige gevolgen zou hebben voor het milieu. Men constateerde dat er grenzen waren aan de groei. De mensen die zich met het milieu bezighielden – veelal aangeduid als geiten-wollen-sokken figuren – werden echter niet serieus genomen.

Vintage kleding en spullen

Vintage kleding en spullen

Pas met de film van Al Gore “An Inconvenient Truth” begonnen we een beetje wakker te worden. Inmiddels is duurzaamheid: zorg voor het milieu, het klimaat en de planeet en is het niet meer alleen een onderwerp van activisten of de eenzame zonderling, maar begint het een levensstijl te worden. En dat is goed nieuws! Veel en onnodig consumeren begint steeds minder hip te worden. De moestuin is in. Recyclen van afval daar doen we allemaal aan mee. Vintage oftewel tweedehands is een heuse modetrend. Iedere dag vlees eten is steeds minder vanzelfsprekend. En de jeugd van tegenwoordig is minder geneigd tot de aanschaf van een auto. Er zit dus een duidelijke beweging in de omslag naar een meer groene economie.

Maar er zijn ook nog onderwerpen die voor verbetering vatbaar zijn. Nederland loopt bijvoorbeeld erg achter bij de buurlanden als het gaat om duurzame energie. Waren wij vroeger bekend om de windmolens nu lijkt het er vaak op of we er niets meer van willen weten. Een gemiste kans, we hadden onze historische reputatie juist moeten uitbuiten.

Hoewel wij een gasrijk land zijn is gas niet oneindig, dus zullen wij ons moeten voorbereiden op nieuwe mogelijkheden. De huidige kolencentrales zijn aan het experimenteren met het verstoken van biomassa in plaats van kolen. Biobrandstof lijkt misschien een mooi alternatief voor fossiele brandstof, maar daar kleeft ook weer een keerzijde aan. Op sommige plaatsen in de wereld neemt de biobrandstoffen de landbouwgronden in beslag en verdringt daarmee de mogelijkheden om voedsel te verbouwen.

We zullen nog een hele slag moeten maken, vooral als het gaat om onze vleesconsumptie, want voor het produceren van vlees is nog altijd veel energie noodzakelijk. En als we de gezondheidsrapporten mogen geloven is het consumeren van teveel eiwitten helemaal niet zo gezond. Ook hiermee wordt de fundering gelegd om de hoeveelheid dierlijke consumptie te laten afnemen.

BroodroosterOns economisch systeem is door de globalisering ook sterk veranderd. Veel arbeidsintensief werk is verplaatst naar de zogeheten lagelonenlanden. Steeds meer productieprocessen zijn daardoor goedkoper geworden. Het is nu zelfs goedkoper om een broodrooster te vervangen dan te laten repareren. Onze handarbeid is te duur geworden. Toch beginnen we in te zien dat grondstoffen schaars zijn waardoor we na moeten denken hoe we in de toekomst met consumptie om willen gaan.

Was vroeger arbeid schaars en producten als olie rijkelijk beschikbaar, zien we daarin nu het tegenovergestelde. Daarom zal de overheid iets aan de belastingen moeten veranderen. Als de belasting op (schaarse) grondstoffen wordt verhoogd en de belasting op arbeid wordt verlaagd dan wordt het niet alleen rendabel om de kapotte broodrooster te laten repareren, maar wordt ook biologische landbouw goedkoper omdat het arbeidsintensiever is. En is dat niet heel duurzaam?

Klimaatverandering – Dag 3

Waar rook is, is vuur!

Is er nu wel of geen sprake van klimaatverandering. De meningen zijn verdeeld. Zodra ik een tweet plaats over iets wat mij opvalt in de krant of op internet over het klimaat dan krijg ik altijd een hoop tegengas. In mijn ogen is er zeker sprake van klimaatverandering. Ik hoef maar uit mijn raam te kijken en ik zie de veranderingen, zeker deze winter.

Ieder jaar hang ik vogelvoer op in de tuin. Vanuit mijn werkkamer kan ik het vogelspektakel goed observeren. Maar van vogels geen spoor deze winter, het voer hangt er verlaten bij. Ze zijn er wel maar ze hebben geen bijvoeding nodig, dus ik krijg ze niet te zien. Ook kan ik nog steeds diverse groenten en kruiden eten uit de tuin die normaal gesproken al lang weg zouden zijn, zo zacht is het deze winter.

Het regent ook ieder jaar meer en harder. We hebben een paar jaar geleden de dakgoten moeten aanpassen omdat zij het water niet aankonden. Langs de ramen en de muren kwam het water naar binnen zetten. De maat was vol toen het mijn printer inliep. Ook de tuin rondom de schuur spoelde gewoon weg. De laatste jaren staat er ook geregeld water in de kelder, sinds de bouw in 1978 was dat nog nooit voorgekomen.

KlimaatveranderingVoor mij staat vast dat het klimaat verandert, dat uit zich door de onstuimigheid en grilligheid waarmee de natuur tekeer gaat. De media geeft ook genoeg voorbeelden. De tornado’s worden steeds verwoestender, de enorme droogte laat een tekort aan water zien in grote rivieren en de alles verzengende bosbranden zijn meer regel dan uitzondering. Natuurlijk is de natuur altijd al grillig geweest maar het volgt elkaar steeds sneller op.

De grote vraag is: “In hoeverre is de klimaatverandering oorzaak van menselijk handelen?” Echt een onderwerp voor wetenschappers. Maar zelfs zij zijn er niet zeker van en de voor- en tegenstanders vliegen elkaar geregeld in de haren. Daar wil ik niet aan meedoen. Wat ik constateer is een enorme belangentegenstelling. De tegenstanders die menselijk handelen als invloed afwijzen vinden we met namen in de industrie, die ongehinderd tegen zo min mogelijk kosten wil blijven produceren. De andere groep vindt dat er zuinig met de aarde moet worden omgesprongen. Onder deze laatste categorie schaar ik mijzelf.

Na de Club van Rome, Al Gore met zijn “An Inconvenient Truth” en de diverse maatschappelijke organisaties is inmiddels ook de KNMI overtuigd dat menselijk handelen invloed heeft op het klimaat. Maar ik ben vooral verheugd door de stroom aan bedrijven die wakker worden en actie ondernemen. Hierdoor blijft de aandacht voor het onderwerp groeien en dat is een goede zaak.

Ik wil hier geen discussie laten ontstaan of er nu wel of geen sprake is van klimaatverandering, ik ga er vanuit dat het zo is. Omdat de gezondheid van de aarde mij aan het hart gaat en ik de aarde wil achterlaten zoals ik het heb aangetroffen doe ik mijn best om zo de aarde zo min mogelijk te belasten en zo energieneutraal als mogelijk is te leven, zodat de CO2 uitstoot door mijn handelen niet verder toeneemt. Dat is mijn uitgangspunt en mede daarom doe ik dit project. Mensen die er anders over denken vinden vast een ander podium om hun zienswijze te projecteren.

We hebben maar één aarde. Deze aarde is niet ván ons maar vóór ons!